-
1 uit volle borst
предл.общ. во весь голос -
2 uit volle borst zingen
uit volle borst zingen -
3 uit volle borst zingen
uit volle borst zingenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > uit volle borst zingen
-
4 borst
♦voorbeelden:uit volle borst zingen • chanter à pleins poumonsde borst onderzoeken • faire un examen du thoraxaan iemands borst liggen • être couché contre le sein de qn.iemand aan de borst drukken, sluiten • presser, serrer qn. contre son coeurzich op de borst kloppen, slaan • se vanter (de)het op de borst hebben • souffrir d'une maladie pulmonairedat stuit mij tegen de borst • ça me rebuteeen kind de borst geven • allaiter un enfantde borst krijgen • être nourri au seinde borsten onderzoeken • faire un examen des seinseen kind aan de borst leggen • allaiter un enfanthet kind is van de borst • l'enfant est sevrémaak je borst maar nat! • prépare-toi au pire! -
5 borst
I 〈de〉3 [met betrekking tot vrouwen] breast♦voorbeelden:1 een platte/ronde/brede borst hebben • be flat-/barrel-/broad-chesteduit volle borst zingen • sing at the top of one's voiceborst vooruit! • chest out! shoulders back!iemand aan de borst drukken • clasp someone to one's bosomeen kind de borst geven • breast-feed a childII 〈 de (mannelijk)〉♦voorbeelden: -
6 Brust
〈v.; Brust, Brüste〉2 〈 sport en spel〉schoolslag, het borstzwemmen♦voorbeelden:Brust heraus! • borst vooruit!jemanden an die Brust drücken, ziehen • iemand aan zijn borst drukkensich an die Brust schlagen • zich op de borst kloppen, slaan〈 informeel〉 schwach auf der Brust sein • (a) het op de borst hebben; (b) platzak zijn • (c) niet veel in zijn mars hebben; (d) ondergemotoriseerd zijnaus voller Brust • uit volle borstsich in die Brust werfen • een hoge borst (op)zetten〈 informeel〉 einen zur Brust nehmen • pimpelen, er eentje pakken -
7 voll
♦voorbeelden:voll besetzt • helemaal bezet, voletwas voll füllen • iets helemaal vullenden Kopf voll haben • diep in de zorgen zittenvoll laufen • vollopen, -stromendas Boot schlägt voll • de boot slaat voletwas voll stopfen • iets volproppen, -stoppenaus dem Vollen leben • royaal levener kann aus dem Vollen schöpfen • hij zit goed in de slappe wasim Vollen leben • in luxe levenins Volle greifen • het er goed van nemenvoll und bei segeln • vol en bij zeilen2 ein voller Erfolg • een compleet, volledig succesaus vollem Halse, voller Kehle singen • uit volle borst zingennicht mehr voll arbeiten • geen volle dagtaak meer hebbenvoll und ganz • geheel en al -
8 égosiller
égosiller (s') [eegooziejee]〈 werkwoord〉1 zich hees schreeuwen ⇒ zich overschreeuwen, uit alle macht schreeuwen -
9 во весь голос
prepos.gener. uit volle borst -
10 lustily
adv. uit volle borst zingen -
11 sang hoarsely
zong met een hese stem (uit volle borst zingen) -
12 sing out
uitschreeuwen, uit volle borst zingen -
13 gai
-
14 gorge
gorge [gorzĵ]〈v.〉1 keel ⇒ strot, hals2 borsten ⇒ buste, boezem♦voorbeelden:1 avoir la gorge nouée • een brok in de keel hebben, niets meer kunnen uitbrengenavoir la gorge prise • hees zijnprendre qn. à la gorge • iemand het mes op de keel zettentendre la gorge au couteau • zich als een lam naar de slachtbank laten leidencrier à pleine gorge • een keel opzettenchanter à pleine gorge • uit volle borst zingenrire à gorge déployée • schaterlachen→ chatf1) keel, hals2) borsten3) bergengte4) gleuf, groef -
15 voix
voix [vwaa]〈v.〉2 stem ⇒ mening, raad♦voorbeelden:voix de tête • kopstemvoix éteinte • zwakke, toonloze stemavoir la voix fausse, juste • vals, zuiver zingengrosse voix • zware stemavoir de la voix • een goede (zang)stem hebbense casser la voix • zich schor praten, schreeuwencouvrir la voix de qn. • iemand overstemmens'éclaircir la voix • zijn keel schrapenentendre des voix • stemmen horen, hallucinerenà voix basse • zachtjesà voix haute, à haute voix • luid, met luider stemchanter à pleine voix • uit volle borst zingenchanter à deux voix • tweestemmig zingende vive voix • mondelingêtre sans voix • zijn stem kwijt zijn; sprakeloos van verbazing zijndonner sa voix à qn. • zijn stem op iemand uitbrengenmettre aux voix • in stemming brengen5 voix active, passive, pronominale • bedrijvende, lijdende, wederkerende vormf1) stem2) mening3) stemrecht4) geluid [dier] -
16 chanter gaiement
chanter gaiement -
17 chanter à pleine gorge
chanter à pleine gorge -
18 chanter à pleine voix
chanter à pleine voix -
19 во весь голос
prepos.gener. uit volle borst -
20 Lunge
Lunge〈v.; Lunge, Lungen〉♦voorbeelden:schwach auf der Lunge sein • zwakke longen hebbenauf Lunge, über die Lunge rauchen • over de longen rokenaus voller Lunge • luidkeels, uit volle borst
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Kind — 1. Ach, dass ich meine armen Kinder so geschlagen, klagte der Bauer, und sie waren des Pfaffen. – Eiselein, 375. 2. Alle Kinder werden mit Weinen geboren. Lat.: Clamabunt E et A quotquot nascuntur ab Eva. (Binder I, 193; II, 497; Seybold, 77.) 3 … Deutsches Sprichwörter-Lexikon